5: Glibberen en bultjes

Na de Zweedse Outback zijn we naar het zuiden afgereisd naar de buurt van Arvika.

Dat ligt niet al te ver van de Noorse grens af, ter hoogte van Oslo ongeveer. Ook hier hebben we weer een mooi plekje gevonden in de bossen.
Het huisje is uit 1892 en heeft tot 1970 als klein kerkje gefungeerd voor de paar omliggende boerderijen omdat de dichtstbijzijnde kerk te ver reizen was. Ook was de zondagsschool in dit huisje.
Het heeft een hoog plafond en ademt sfeer uit. Dat is fijn vertoeven voor de komende paar dagen! Een lekkere open haard die we ook hebben gebruikt omdat het toch wat fris is.
Ook dit huisje had wederom een drop-toilet in een klein hokje buiten waar we van mochten genieten....

We hebben een mooie wandeling gemaakt, een rondje van 10,8km volgens onze wandelapp Komoot. Prachtige wandeling door mooie bossen en 2 uitzichtpunten beklommen. Omdat het toch wel regelmatig regent, was het best drassig en opletten dus met gladdigheid, modder en plassen. Door de gladheid is Floris ook aardig onderuit gegaan. Halverwege de wandeling kwamen we bij een meer uit waar we even konden picknicken. Komoot had de routekaart toch niet zo nauwkeurig gemaakt waardoor de wandeling op 13 km uitkwam. Door het klimmen en dalen hadden we er toch zo’n 5 uur over gedaan. Mirjam had geen voeten meer over.

Tijdens de wandeling hadden we steeds last van een soort vliegende mier die op een spinnetje lijkt, heel irritant want die zaten steeds in ons haar te kriebelen. Eenmaal thuis even lekker gedoucht, gegeten en op tijd naar bed toe.

De volgende dag hebben we rustig aan gedaan. Eerst even auto opladen en boodschappen doen in Arvika en daarna met Elyn even wandelen in het bos naast het huisje.
Weer werden we gek van die soort vliegende mieren. Toch maar eens googlen. Wat blijkt? We hebben na de midges in Schotland en de sandflies in Nieuw Zeeland een nieuw vriendje: de hertenluisvlieg!

Goed, de hertenluisvlieg dus, een parasiterende vliegensoort. De Zweden noemen die ook wel de älgfluga, ook wel elandvlieg.
De hertenluisvlieg is 3,5 tot 5 mm groot.
De hertenluisvlieg is een slechte vlieger en kan vliegend slechts korte afstanden overbruggen. Nadat hij zijn doel heeft bereikt, werpt hij zijn vleugels af. Deze zullen niet meer aangroeien. De hertenluisvlieg houdt vooral van herten en elanden. Hij kruipt tussen de vacht door naar de huid, en voedt zich dan 15 tot 25 minuten met bloed.
Bij gebrek aan hert of eland, nemen ze ook wel genoegen met mens. Ons dus. Omdat ze graag door vacht kruipen, zaten ze bij ons dus graag in het haar of in de nek. Een beet is vrijwel pijnloos en merk je dus niet op.
Op de gebeten plek kan zich binnen drie dagen dan een rode, harde bult vormen, die intens jeukt. Deze jeuk zal pas na 14 tot 20 dagen voorbijgaan, de bult kan een jaar lang zichtbaar blijven.
Dus… als wij straks terug in Nederland zijn en eruit zien alsof we de builenpest hebben… het zijn de hertenluisvliegen!
Maar goed, dit eenmaal gelezen, heeft Mirjam bij de volgende wandeling met Elyn de Aussie hoed met vliegennet tevoorschijn gehaald!

Na 3 nachtjes in het oud-kerkje te hebben geslapen, gingen we verder richting het zuiden, iets voorbij Gotenburg. Daarover in de volgende blog meer!


Maak jouw eigen website met JouwWeb